Steigerinspectie op een bouwlocatie:
Conform RS (Richtlijn Steigers) hebben we binnen de bouw een 2 wekelijkse periode afgesproken, uiteraard zijn er meerdere momenten van inspectie:
De verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van periodieke inspecties ligt bij de opdrachtgever/gebruiker.
1) in ieder geval voor oplevering / overdracht
2) na modificatie / veranderingen
3) na bijzondere weersonstandigheden (bv storm, sneeuw e.d.)
4) na bijzondere gebeurtenissen (bv brand, aanrijding of aardbeving)
Wie zijn daarbij betrokken?
Dit zijn de steigerbouwer, de opdrachtgever en de eindgebruiker
De verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van periodieke inspecties ligt bij de opdrachtgever/gebruiker.
Wie mag er een steiger opleveren / overdragen?
Een DNV gecertificeerde steigermonteur I (afhankelijk van de moeilijkheidscategorie, in combinatie met een constructeur) een DNV gecertificeerde steigerinspecteur, of een DNV gecertificeerde voorman.
Na controle en goedkeuring wordt de steiger overgedragen aan de afnemer van de steiger, de opdrachtgever dan wel de gebruiker. Dat kan gebeuren door middel van een steigerkaartprocedure. Het systeem bestaat uit een steigerkaarthouder waarin een kaart wordt geschoven of bevestigd. Beide moeten weerbestendig zijn.
Zo lang de steiger in opbouw is moet dit duidelijk op de steigerkaarthouder te zien zijn. Bijvoorbeeld met de tekst “Niet betreden, steigerwerkzaamheden in uitvoering”. De steigerkaart ontbreekt dan. De steigerkaarthouder moet goed zichtbaar zijn, bevestigd aan de ladder of op een plek onmiddellijk naast de ladderopgang. Breng in geval van meerdere ladderopgangen overal een steigerkaarthouder aan.
Steigerinspecties vinden plaats binnen de gestelde kaders zoals omschreven in de Richtlijn Steigers (R.S.) en zijn essentieel voor een goede en veilige werkomgeving voor uw werknemers en eindgebruikers